Nieuwsbericht 21 januari 2020
Update aangaande het coupeerverbod
Inleiding
Er bestaat nog altijd onduidelijkheid over de vraag of honden met een gecoupeerde staart deel mogen nemen aan tentoonstellingen, keuringen en proeven. Om die reden een update van de stand van zaken.
De Wet Dieren
De huidige tekst van de wet kent een drietal artikelen die relevant zijn voor het coupeerverbod dat sinds 2003 in werking is getreden:
Artikel 2.8. Diergeneeskundige handelingen
1. Het is verboden:
a. lichamelijke ingrepen te verrichten;
(...)
2. Het verbod, bedoeld in het eerste lid, is niet van toepassing ten aanzien van:
a. lichamelijke ingrepen waarvoor een diergeneeskundige noodzaak bestaat;
Artikel 2.15. Wedstrijden met dieren
(...)
5. Het is verboden deel te nemen aan wedstrijden met dieren waarbij een bij artikel 2.8 verboden lichamelijke ingreep is verricht.
6. Het is verboden dieren waarbij een bij artikel 2.8 verboden lichamelijke ingreep is verricht, tot een wedstrijd toe te laten.
Artikel 2.16. Vertoning dieren
(...)
3. Het is verboden deel te nemen aan tentoonstellingen of keuringen met dieren waarbij een bij artikel 2.8 verboden lichamelijke ingreep is verricht.
4. Het is verboden dieren waarbij een bij artikel 2.8 verboden lichamelijke ingreep is verricht, tot een tentoonstelling of keuring toe te laten.
Het couperen van de staart is een lichamelijk ingreep en dergelijke ingrepen zijn op grond van artikel 2.8 lid 1 verboden. Op grond van het 2e lid van artikel 2.8 geldt dat verbod echter niet indien voor de ingreep (het couperen of het amputeren van een deel van de staart) een diergeneeskundige noodzaak bestaat en die ingreep door een dierenarts wordt verricht.
De artikelen 2.15 en 2.16 zien toe op het verbod om honden die een verboden ingreep hebben ondergaan te weren van wedstrijden respectievelijk tentoonstellingen en keuringen.
Voor een Nederlandse hond, die bijvoorbeeld gedurende de praktijkjacht de staart zodanig beschadigd heeft dat deze door een dierenarts gedeeltelijk geamputeerd moet worden, geldt dit coupeerverbod op grond van de huidige Wet Dieren dus niet.
Berichtgeving Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)
De onduidelijkheid over de huidige regels is ontstaan door berichtgeving van RVO die op zijn zachts uitgedrukt niet steunt op de huidige regeling in de Wet Dieren. RVO liet op haar website het volgende weten:
Tentoonstellingsverbod gecoupeerde honden
Gecoupeerde honden mogen ook niet meedoen aan een tentoonstelling, keuring of wedstrijd. Dit geldt ook als de honden in een ander land zijn gecoupeerd. Organisaties van deze evenementen mogen geen honden toelaten die na 1 december 2016 gecoupeerd zijn. Hierover heeft het College van Beroep voor bedrijfsleven (CBb) in december 2016 een uitspraak gedaan.
Uitzondering: medische noodzaak
Honden die door een medische noodzaak gecoupeerd zijn, mogen wel meedoen aan een tentoonstelling. De houder moet dit aantonen met een medische verklaring van de dierenarts. In die verklaring staat waarom, waar en wanneer de hond gecoupeerd is, en door
welke dierenarts.
bron: https://www.rvo.nl/onderwerpen/agrarisch-ondernemen/dieren-houden/dierenwelzijn/verbodeningrepen
De uitspraken van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven CBb
De verwijzing naar de uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven klopt niet. Daargelaten dat het in die zaak om een (trek)paard ging, sprak het CBb zich in december 2016 slechts uit over het omzeilen van de Nederlandse wetgeving, door een Nederlandse eigenaar, die een dier naar Frankrijk bracht met als enig doel om het aldaar te laten couperen en die zich daarmee aan de rechtsmacht van Nederland trachtte te onttrekken. Dat daar een streep doorheen werd gehaald kan niet anders dan als alleszins begrijpelijk worden geduid. In dezelfde uitspraak overwoog het CBb dat hetgeen in een eerdere uitspraak (uit 2002, die wel betrekking had op honden) werd, overwogen, nog altijd onverkort van toepassing was. Daarover werd onder rechtsoverweging 4.5, het volgende opgemerkt:
“Er zij op gewezen dat de verboden van dit artikel tevens van toepassing zijn wanneer bij een dier in een ander land dan Nederland een op grond van artikel 2.8 illegale ingreep is verricht,
mits de verrichte ingreep in het desbetreffende land ook verboden is. De verboden van dit artikel zijn evenwel niet van toepassing ingeval het een ingreep betreft die in een andere EU-lidstaat is verricht en naar het recht van die lidstaat is toegestaan. Anders zou er strijd zijn met het gemeenschapsrecht."
Dit zo zijnde, heeft het CBb zowel in haar uitspraak uit 2002 als die van december 2016 ziens heel duidelijk de grenzen van het coupeerverbod, zoals thans opgenomen in de huidige tekst van de Wet Dieren, bepaald:
Het coupeerverbod geldt voor:
- In Nederland geboren honden mogen (sinds 2003) niet gecoupeerd worden en zullen (als zij die verboden ingreep toch hebben ondergaan) niet toegelaten mogen worden op tentoonstellingen, wedstrijden en proeven;
- In het buitenland gecoupeerde honden worden niet toegelaten op tentoonstellingen, wedstrijden en proeven, indien in het land van herkomst (ook) een wettelijk coupeerverbod geldt;
- (Nederlandse) honden, die naar het buitenland zijn gebracht om aldaar de in dat land toegestane ingreep te ondergaan (het omzeilen van de Nederlandse wetgeving), mogen niet worden toegelaten op tentoonstellingen, wedstrijden en proeven, indien die ingreep na 1 december 2016 heeft plaatsgevonden.
Het vorenstaande geldt niet alleen voor de organiserende verenigingen maar evenzeer voor de inschrijvers.
Het coupeerverbod is, blijkens de thans geldende regelgeving en de beide uitspraken van het CBb, echter NIET van toepassing op:
- geïmporteerde honden afkomstig uit een EU-land waar het couperen van de staart (nog) is toegestaan, mits de hond gecoupeerd werd gedurende de periode dat de eigenaar (lees de fokker) ingezetene was van dat EU-land;
- (buitenlandse) honden afkomstig uit een EU-land waar het couperen van de staart (nog) is toegestaan waarvan de eigenaar (inschrijver) ingezetene is van dat EUland;
- honden (ongeacht hun herkomst) waarvan de staart is gecoupeerd dan wel geamputeerd, indien een medische verklaring kan worden overgelegd waaruit de veterinaire noodzaak van die ingreep blijkt;
- (Nederlandse) honden die naar het buitenland zijn gebracht om aldaar de in dat land toegestane ingreep te ondergaan (het omzeilen van de Nederlandse wetgeving) mits die ingreep voor 1 december 2016 heeft plaatsgevonden.
Dat voor wat betreft de op dit moment geldende regelgeving en jurisprudentie.
Aanscherping van het coupeerverbod
Iets anders is, dat in de afgelopen jaren de roep om het coupeerverbod aan te scherpen in de maatschappij, de FCI en de politiek steeds sterker is geworden.
Zo schreef de Minister van LNV in haar brief aan de Tweede Kamer van 4 oktober 2018 het volgende:
“De afgelopen jaren zijn een aantal wettelijke normen gesteld die in de praktijk voor de handhaving door de NVWA en de LID problemen hebben opgeleverd. Het betreft het vertonen van paarden en honden op tentoonstellingen met een gecoupeerde staart (…). Ik scherp daarom de regels voor het tentoonstellen van gecoupeerde dieren aan. Deelname aan een tentoonstelling van een gecoupeerd dier verbied ik, ongeacht of het couperen een medische oorzaak heeft. Dit voorstel is opgenomen in het wetsvoorstel voor het houdverbod voor dieren dat gelijktijdig met het uitgaan van deze brief ter consultatie op internet zal worden geplaatst.”
Het wetsvoorstel aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing
In het wetsvoorstel, dat op 4 oktober 2018 werd gepubliceerd, is een wijziging van artikel 2.16 van de Wet Dieren opgenomen. Dat artikel (dat dus slechts toeziet op tentoonstellingen en keuringen) zal als het voorstel kracht van wet krijgt als volgt komen te luiden:
Voorgestelde tekst:
Art .2.16 Vertoning dieren
3. Het is verboden deel te nemen aan tentoonstellingen of keuringen met dieren waarbij een bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen lichamelijke ingreep is verricht.
Het verschil met de huidige tekst van artikel 2.16 is dat de koppeling met artikel 2.8 (verbonden ingrepen) wordt vervangen door een verwijzing naar een nog op te stellen algemene maatregel van bestuur. Daarmee wil de Minister de regie behouden om ook ingrepen, die tot op heden niet als “verboden ingreep als bedoeld in artikel 2.8” kunnen worden aangemerkt, (zoals het couperen door een dierenarts op grond van een veterinaire noodzaak, of het couperen in een land waar dat (nog) is toegestaan), toch te verbieden en zodat ook in die gevallen het tentoonstellingsverbod van toepassing is. Hoe met name een tentoonstellingsverbod voor aan de staart gecoupeerde honden, afkomstig uit een EU-land waar het couperen is toegestaan zich verhoudt met de Europese wetgeving is vooralsnog onduidelijk. De Minister gaf ook aan dat inwerkingtreding van deze wet niet voor 1 januari 2020 plaats zou gaan vinden.
Wat is er sinds 4 oktober 2019 gebeurd?
Bij brief van 19 juni 2019 werd de Tweede Kamer door de Minister geïnformeerd over de voortgang beschreven van haar beleid op gezelschapsdieren zoals aangegeven in de Beleidsbrief dierenwelzijn van 4 oktober 2018. Over het Wetsvoorstel aanpak
dierenmishandeling en dierverwaarlozing (waarin de wijziging van artikel 2.16 van de Wet Dieren is opgenomen) werd slechts vermeld dat de commentaren op het ter consultatie voorgelegd ontwerp verwerkt worden en dat verwacht wordt dat het voorstel na de zomer naar de Kamer zal worden gestuurd voor de parlementaire
behandeling.
Naar aanleiding van de behandeling van de rijksbegroting voor het jaar 2020 zijn door verschillende facties in de Tweede Kamer vragen aan de Minister gesteld, die door haar bij brief van 10 oktober 2019 werden beantwoord. De vragen over een coupeerverbod die gesteld werden hadden alleen betrekking op het couperen van de staarten van biggen.
Het Wetsvoorstel aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing is nog altijd niet ter behandeling naar de Kamer gestuurd.
Conclusie voor de praktijk
Het is begrijpelijk dat tentoonstelling organiserende verenigingen worstelen met de vraag of aan de staart gecoupeerde honden wel of niet toegelaten kunnen worden.
Om die reden adviseert de Raad van Beheer het volgende op grond van de huidige regelgeving en jurisprudentie van het CBb:
Zolang door inwerkingtreding van de Wet aanpak dierenmishandeling en dierverwaarlozing artikel 2.16 van de Wet Dieren niet is aangepast èn vervolgens een AMvB in werking is getreden waarin de Minister het tentoonstellingsverbod voor aan de staart gecoupeerde honden aanscherpt, blijft alles bij het oude.
Dat houdt het volgende in:
Aan de staart gecoupeerde honden mogen NIET worden ingeschreven om deel te nemen aan tentoonstellingen, wedstrijden, keuringen en praktijkproeven indien:
- zij in Nederland geboren zijn en de staart anders dan vanwege een
diergeneeskundige noodzaak is gecoupeerd;
- zij in het buitenland zijn geboren en in dat land van herkomst een wettelijk coupeerverbod geldt;
- zij naar het buitenland zijn gebracht om aldaar de in dat land toegestane ingreep te ondergaan, om de Nederlandse wetgeving daarmee te omzeilen en na 1 december 2016 aan de staart zijn gecoupeerd.
Aan de staart gecoupeerde honden mogen WEL worden ingeschreven om deel te nemen aan tentoonstellingen, wedstrijden, keuringen en praktijkproeven indien:
- zij geïmporteerd zijn en afkomstig zijn uit een EU-land waar het couperen van de staart (nog) is toegestaan, mits de hond gecoupeerd werd gedurende de periode dat de eigenaar (lees de fokker) ingezetene was van dat EU-land;
- zij afkomstig zijn uit een EU-land waar het couperen van de staart (nog) is toegestaan waarvan de eigenaar (inschrijver) ingezetene is van dat EU-land;
- zij (ongeacht hun herkomst), beschikken over een medische verklaring waaruit de diergeneeskundige noodzaak van die ingreep blijkt;
- zij naar het buitenland zijn gebracht om aldaar de in dat land toegestane ingreep te ondergaan, om de Nederlandse wetgeving daarmee te omzeilen en voor 1 december 2016 aan de staart zijn gecoupeerd.
Bijgevoegd een lijst van Europese landen die al dan niet een geheel of beperkt coupeerverbod hebben ingevoerd.
Status van de wetgeving m.b.t. het couperen van de staart in Europa
Land | Coupeerverbod/Uitzondering | Vanaf |
België | Ja | 2006 |
Bosnië | Beperkt; mag alleen door dierenarts | 2009 |
Bulgarije | Ja | 2005 |
Cyprus | Ja | 2001 |
Denemarken | Ja/sommige jachthondenrassen | 1996 |
Duitsland | Ja/sommige jachthondenrassen | 2006 |
Engeland | Ja/sommige jachthondenrassen | 2006 |
Estland | Ja | 2000 |
Finland | Ja | 1996 |
Frankrijk | Neen | – |
Griekenland | Ja | 1991 |
Hongarije | Neen | – |
IJsland | Ja | 2001 |
Ierland | Ja | 2014 |
Italië | Ja/sommige hondenrassen | 2010 |
Kroatië | Ja | 2006 |
Letland | Ja/sommige hondenrassen | 2010 |
Litouwen | Ja | 2012 |
Luxemburg | Ja | 1991 |
Nederland | Ja | 2001 |
Noord-Ierland | Ja/sommige hondenrassen | 2011 |
Noorwegen | Ja | 1987 |
Oostenrijk | Ja/sommige hondenrassen | 2005 |
Polend | Ja | 2003 |
Portugal | Neen | – |
Roemenië | Ja | 2001 |
Schotland | Ja/(sinds 2018 sommige jachthondenrassen) | 2006/2018 |
Servië | Neen | – |
Slowakije | Ja | 2003 |
Slovenië | Ja | 2007 |
Spanje | Gedeeltelijk | 2007 |
Tsjechië | Beperkt; alleen bij honden jonger dan 8 dagen | 1992 |
Zweden | Ja | 1989 |
Zwitserland | Ja | 1988 |
bron: Cagri Caglar Sinmez, Ali Yigit & Gokhan Aslim (2017) Tail docking and ear cropping in dogs: a short review of laws and welfare aspects in the Europe and Turkey, Italian Journal of Animal Science, 16:3, 431-437, DOI:10.1080/1828051X.2017.1291284